AANTAL BEDDEN EN PLAATSEN VOOR RESIDENTIËLE EN PARTIËLE HOSPITALISATIE VOOR KINDEREN EN JONGEREN IN PZ EN PAAZ PER GEWEST (01/01/2020)
In vergelijking met de overige gewesten bevinden de bedden voor kinderpsychiatrie zich in het Waalse Gewest voornamelijk in de PZ. In het Vlaamse Gewest zijn duidelijk meer plaatsen voorzien voor dagopnames in een PAAZ dan in de PZ. Net zoals bij volwassenen zijn er over het algemeen minder plaatsen voor nachthospitalisatie voorzien in vergelijking met plaatsen voor daghospitalisatie.
AANTAL BEDDEN EN PLAATSEN VOOR KINDEREN EN JONGEREN PER 100.000 INWONERS
|
|
|
EVOLUTIE VAN HET AANTAL PSYCHIATRISCHE BEDDEN EN PLAATSEN VOOR KINDEREN EN JONGEREN
Tot op heden neemt het aantal bedden voor residentiële hospitalisatie toe ook al zijn er reeds meer bedden erkend per 1000 inwoners dan beschreven volgens de programmatiecijfers en zou in principe het aantal bedden en plaatsen voor kinderen en jongeren met psychische problemen niet meer mogen stijgen. Ook het aantal bedden en plaatsen voor dag- en nachthospitalisatie (kenletters k1 en k2) neemt toe maar in tegenstelling tot de residentiële bedden (kenletter K) is hiervoor wel nog programmatorische ruimte in het Waalse en Vlaamse Gewest.
EVOLUTIE VAN HET TOTAAL AANTAL BEDDEN EN PLAATSEN VOOR KINDEREN EN JONGEREN IN PZ EN PAAZ (K, k1 en k2)
Deze trend kan wijzen op een toegenomen behoefte aan opvang voor kinderen en jongeren met psychische problemen. Een aanpassing van de programmatiecriteria zou hierdoor niet als onverantwoord overkomen. Vooral de opvang van adolescenten verdient bijzondere aandacht. Jongeren vanaf 15 jaar kunnen volgens de huidige regelgeving opgenomen worden in de volwassenpsychiatrie. Toch is deze doelgroep zodanig specifiek dat een oplossing binnen de jeugdpsychiatrie de voorkeur moet genieten. Experten spreken van een transitieleeftijd die kan gaan tot 23 jaar. Echter, voor de programmatie wordt slechts rekening gehouden met het aantal kinderen met de leeftijd tot en met 14 jaar.
Bedden, voorbehouden voor kinderen en jongeren met psychische problemen, zijn erkend onder de kenletter K (residentiële hospitalisatie), k1 (daghospitalisatie) en k2 (nachthospitalisatie).
In totaal beschikken 51 ziekenhuizen, waaronder 25 PZ en 26 PAAZ over één van deze K-diensten. Zes van deze PAAZ en 8 van de PZ beschikken niet over een psychiatrische dienst voor volwassenen. Daarenboven hebben nog eens 3 van deze algemene ziekenhuizen geen pediatrische afdeling voor somatische zorg, terwijl er wel een afdeling is voor kinderen en jongeren met psychische problemen.
Het aantal bedden op psychiatrische diensten voor kinderen en jongeren is doorgaans beperkter in vergelijking met de diensten voor volwassenen. Niettegenstaande zijn er 2 PAAZ en 2 PZ met meer dan 50 bedden voorbehouden voor kinderen en jongeren (K, k1, k2).
In tegenstelling tot de diensten voor volwassenen, is er voor de psychiatrische diensten voor kinderen en jongeren binnen PAAZ en PZ met betrekking tot de verdeling van de bed-capaciteit een beter evenwicht. Qua geografische spreiding valt vooral de concentratie van K-diensten in de regio’s rond Charleroi en Namen en in de provincie Waals-Brabant op, terwijl de rest van het Waalse Gewest een zeer beperkt aanbod heeft.
SPREIDING VAN PZ EN PAAZ IN BELGIË MET AANDUIDING VAN AANTAL BEDDEN VOOR KINDEREN EN JONGEREN (01/01/2020)
Op 30 maart 2015 keurde de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid (IMC) de “Gids naar een nieuw geestelijk gezondheidsbeleid voor kinderen en jongeren (GGKJ)” goed. Vrijwel meteen werden er 11 GGKJ-netwerken gecreëerd die zich richten op kinderen en jongeren binnen hun werkingsgebied.
De werkingsgebieden van deze netwerken vallen samen met de territoria van de provincies en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest[1].
Een GGKJ-netwerk biedt een integraal en geïntegreerd hulpverleningsaanbod aan voor alle kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar met psychische en/of psychiatrische problemen. De bedoeling is om zo snel en zo continu mogelijk in te spelen op de noden van deze kinderen, jongeren en hun context of leefomgeving. Elk netwerk bestaat uit alle relevante actoren, diensten, instellingen, zorgaanbieders, etc. van betrokken sectoren die samenwerken en hun beleid op elkaar afstemmen.
Om de hulpverlening te optimaliseren wordt er geïnvesteerd in de ontwikkeling van een aantal programma’s gefinancierd door de federale overheid, met name crisiszorg, langdurige zorg, intersectorale consult en liaison (expertise en kennisuitwisseling) en dubbeldiagnose (verstandelijke beperking in combinatie met psychische problemen). Meer dan 300 bijkomende voltijdse equivalenten worden ter beschikking gesteld aan de netwerken[2].
Meer weten over de verschillende initiatieven inzake de geestelijke gezondheidszorg voor kinderen en jongeren: www.psy0-18.be
[1] Hoewel er in de Duitstalige Gemeenschap een specifiek pilootproject voor de opvolging van kinderen en jongeren met psychische en psychiatrische problemen wordt gefinancierd door de federale overheid, vormt deze werking geen afzonderlijk GGKJ-netwerk maar maakt het deel uit van REALiSM, het GGKJ-netwerk van de provincie Luik.
[2] Deze financiering gebeurt niet door bevriezing van bedden (zie hoofdstuk 'Initiatieven inzake alternatieven voor hospitalisatie').