Select your language

Andere informatie en diensten van de overheid : www.belgium.be  Logo Belgium

Algemene informatie rond beroerte

In dit hoofdstuk wensen we dieper in te gaan op één specifieke aandoening binnen de groep van hart- en vaataandoeningen, nl. beroerte. In België worden jaarlijks gemiddeld 29.000 patiënten opgenomen in een ziekenhuis met een hoofddiagnose van een beroerte[1]. Een beroerte - ook wel een stroke of een cerebrovasculair accident (CVA) genoemd - is een ziekteverschijnsel waarbij bepaalde delen van de hersenen schade oplopen, omwille van een tekort aan zuurstof.

Een CVA kan veroorzaakt worden door twee verschillende
incidenten:

  • Enerzijds kan het tekort aan zuurstof te wijten zijn aan een vernauwing of een verstopping van de bloedvaten in de hersenen. Dit noemt men een trombose of een herseninfarct. Dit is met 85% van de gevallen de meest voorkomende vorm van een CVA in 2022.
  • Anderzijds kan het zuurstoftekort optreden door een spontane bloeding in de hersenen.
“In 2022 werden 28.810
mensen in het ziekenhuis
opgenomen met een
hoofddiagnose van een
beroerte.”

 

In 2022 werden 28.810 mensen in het ziekenhuis opgenomen met een hoofddiagnose van een beroerte. Vanaf de leeftijd van 40 jaar zien we een duidelijke stijging in het voorkomen van ziekenhuisverblijven met deze problematiek. Het verschil tussen mannen en vrouwen is minimaal, met 51% mannen en 49% vrouwen. Wel kan men stellen dat in de leeftijdscategorieën van 40 tot 79 jaar meer mannen dan vrouwen gehospitaliseerd worden met een beroerte.

Aantal verblijven met een hoofddiagnose van een beroerte per geslacht en leeftijdsgroep

De symptomen van een beroerte manifesteren zich heel snel en worden onder meer gekenmerkt door krachtverlies of verlammingsverschijnselen in het gelaat, arm en/of been, spraakmoeilijkheden, gezichtsverlies, duizeligheid of evenwichtsstoornissen en hevige hoofdpijn. De ernst van een CVA is afhankelijk van de omvang van de beschadiging aan het hersenweefsel en de tijdspanne tussen het accident en de behandeling. Wanneer de CVA is veroorzaakt door een trombose is het noodzakelijk om de behandeling, voor het verwijderen van een bloedklonter (trombectomie) of het oplossen van de klonter door het intraveneus toedienen van bloedverdunnende medicatie (trombolyse) op te starten binnen de 6 uur. Hoe sneller deze behandeling kan worden opgestart hoe groter de kans op herstel. Men hanteert hier het principe ‘Time is brain’.

Een volledig herstel van deze ernstige aandoening is niet gegarandeerd. Zo overleden in de Belgische ziekenhuizen 2.934 (of 10,2%) patiënten in 2022 aan de gevolgen van een CVA. Helaas houdt ook een groot aantal patiënten een blijvende handicap over aan het accident.

Meer weten?
https://www.belgianstrokecouncil.be/

Zorgprogramma’s beroertezorg

Uit wetenschappelijk onderzoek[2]is gebleken dat de oprichting van gespecialiseerde eenheden voor de behandeling van beroerte – de zogenaamde stroke units - het herstel van de patiënt aanzienlijk verbetert. Zo is er een daling van het risico op overlijden, een daling in het risico op opname ter revalidatie in een zorginstelling en een daling van de verblijfsduur in het ziekenhuis.

Sinds 2014 bestaat er een juridisch kader inzake de oprichting van zorgprogramma’s voor beroertezorg.
Hierin beschrijft men een gelaagde organisatie van de zorg in functie van de complexiteit en de ernstgraad van de beroerte. Dit wordt gekoppeld aan een aantal kwaliteitskaders waaraan moet worden voldaan.

Binnen de module ‘Acute opvang in het ziekenhuis’ worden 3 types onderscheiden:

  • S0 – Ziekenhuis zonder een erkenning voor CVA_S1 of CVA_S2, maar met beroertezorgprotocol;
  • CVA_S1 – Basiszorgprogramma ‘acute beroertezorg’;
  • CVA_S2 – Gespecialiseerd zorgprogramma ‘acute beroertezorg met invasieve procedures’. Elke
    erkennende overheid mag niet meer dan 8 centra erkennen en er mogen maximum 15 CVA_S2-centra
    erkend worden in België.

Meer weten?
Koninklijk besluit van 19 april 2014 houdende vaststelling van de normen waaraan de zorgprogramma’s “beroertezorg” moeten voldoen om erkend te worden

Meer weten?
Koninklijk besluit van 16 december 2018 houdende vaststelling van het maximum aantal gespecialiseerde zorgprogramma’s “acute beroertezorg met invasieve procedures”

De concentratie van invasieve beroertezorg is een belangrijke doelstelling in het kader van de volksgezondheid om voldoende kwaliteit voor de patiënt te kunnen garanderen. Bij het koninklijk besluit van 20 september 2022 werden een aantal wijzigingen aangebracht aan deze regelgeving met het oog op het invoeren van volumenormen, een geografische spreiding en een verdeling van het maximumaantal centra voor invasieve beroertezorg over de verschillende erkennende overheden. Deze werden echter nietig verklaard na de aantekening van een beroep bij de Raad van State. [3]

Om een zorgprogramma CVA_S1 of CVA_S2 te mogen uitbaten dient een ziekenhuis een erkenning te ontvangen van de bevoegde overheid. In afwachting van de erkenningen hebben ziekenhuizen reeds een uitgebreide samenwerking binnen en buiten hun netwerk op poten gezet. Zowel een nauwe samenwerking met de dringende hulpverlening als met erkende revalidatiecentra is immers van groot belang.

Algemene informatie rond beroerte

Hyperacuut

Wanneer er een vermoeden is van een beroerte is het van groot belang zo snel mogelijk de hulpdiensten te verwittigen. Deze brengen de patiënt zo snel mogelijk naar het ziekenhuis voor een adequate behandeling. Men zal steeds kiezen voor het meest adequate ziekenhuis rekening houdend met de aanrijtijd naar dat ziekenhuis.

In 2022 werd een patiënt met een beroerte in 92% van de gevallen opgenomen in het ziekenhuis na een passage in de spoedgevallendienst. Bij 46% van de verblijven kwam de patiënt zonder een ambulance naar het ziekenhuis, bij 41% van de verblijven was een ambulance betrokken. Slechts in 14% van de gevallen werd een MUG-functie opgeroepen. 

Wanneer de patiënt aankomt op de spoedgevallendienst zal men steeds starten met een diagnostisch onderzoek en zal zo snel mogelijk de eerste medicamenteuze behandeling gestart worden.

Acuut

Afhankelijk van de ernst van de beroerte en de specialisatiegraad van het ziekenhuis, zal in een multidisciplinair overleg nagegaan worden of de patiënt enerzijds verder behandeld kan worden binnen het huidige ziekenhuis of anderzijds getransfereerd moet worden naar een meer gespecialiseerd centrum voor het uitvoeren van een trombolyse of trombectomie. 

Naargelang de toestand van de patiënt, zal hij opgenomen worden op de gespecialiseerde eenheid voor de behandeling van beroerte - de stroke-unit - voor een meer intensieve opvolging en monitoring. Wanneer de toestand van de patiënt eerder geruststellend is, kan een directe opname op de dienst neurologie volgen voor een verder herstel.

Trombolyse

Om blijvende schade aan het hersenweefsel te voorkomen is het bij een groep van patiënten belangrijk om zo snel mogelijk en zeker binnen de 30 minuten na aankomst in het ziekenhuis[4] een behandeling met bloedverdunnende medicatie op te starten. Ongeveer 20% van de patiënten met een beroerte hebben nood aan deze behandeling[5]. Uit een studie van 2017 uitgevoerd in 44 Europese landen, blijkt dat slechts 7% van de patiënten met een beroerte een trombolyse kreeg. In 2022 kregen in België 2.323 patiënten met een beroerte een behandeling met bloedverdunnende medicatie (trombolyse). Dit betreft 10% van het totaal aantal patiënten met een beroerte wat ruim onder de aanbevolen 20% ligt[6].

 

Aantal trombolyses per leeftijdsgroep in 2022

 Trombectomie

Wanneer, door de grootte van de verstopping, het behandelen door middel van trombolyse onvoldoende is, kan er besloten worden om de trombus te verwijderen door middel van een katheterisatie of een trombectomie. Zowat 5 à 10% van de patiënten met een herseninfarct komt hiervoor in aanmerking. In 2022 werden 1.749 trombectomieën uitgevoerd. Dit kom neer op 7% van het totaal aantal patiënten met een beroerte in 2022. In totaal werden in 2022 139 patiënten getransfereerd naar een meer gespecialiseerd ziekenhuis voor een verdere behandeling.

Aantal trombectomieën per leeftijdsgroep in 2022

Herstel en revalidatie

De aard en de intensiteit van de nazorg hangen af van de toestand van de patiënt. Zo kan na de behandeling in het ziekenhuis besloten worden de patiënt voor nazorg te verwijzen naar een revalidatiecentrum. Dit kan een centrum zijn dat verbonden is aan het ziekenhuis waar de patiënt verblijft, of een ander revalidatiecentrum dichter bij huis of een revalidatiecentrum gespecialiseerd in de specifieke noden van de patiënt. In 2022 werden 1.465 patiënten doorverwezen naar een erkende dienst voor behandeling en revalidatie van neurologische aandoeningen. 3.348 patiënten werden doorverwezen naar een andere erkende dienst voor behandeling en revalidatie.

[1] Bron: FOD Volksgezondheid.(z.d.). Technische cel. [Dataset].

[2] Michiels Dominik, Sun Ying, Thys Vincent, Saka Rasit Omer, Hemelsoet Dimitri, Eyssen Marijke, Paulus Dominique. Stroke units: Doeltreffendheid en kwaliteitsindicatoren. Health Services Research (HSR). Brussel. Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE). 2012. KCE Reports 181A. DOI: 10.57598/R181A.

[3] Cf. Berichten voorgeschreven bij artikel 3quater van het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 10 januari 2023; 14 februari 2023; en 12 april 2023. Deze zijn respectievelijk beschikbaar op volgende links:
www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article.pl?language=nl&sum_date=2023-01-10&lg_txt=N&numac_search=2022043265;
www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article.pl?language=nl&sum_date=2023-02-14&lg_txt=N&numac_search=2023040505;
www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article.pl?language=nl&sum_date=2023-04-12&lg_txt=N&numac_search=2023040509

[4] Bron: Federatie Medisch Specialisten. (2019). Herseninfarct en hersenbloeding. Geraadpleegd van https://richtlijnendatabase.nl/

[5] Bron: Vlaams Instituut voor Kwaliteit van Zorg. (2024). Thema: Beroertezorg. Geraadpleegd van https://www.zorgkwaliteit.be/beroertezorg.

[6] Deze cijfers vormen mogelijk een onderschatting van de realiteit door een onderregistratie van de behandelingen.