Select your language

Andere informatie en diensten van de overheid : www.belgium.be  Logo Belgium

1. Kernboodschappen

  • In 2022 waren de oorzaken van vroegtijdige sterfte (vóór de leeftijd van 75 jaar) die hebben geleid tot het grootste aantal verloren levensjaren: zelfmoord, longkanker, en coronaire hartziekten bij mannen, en borstkanker, zelfmoord en longkanker bij vrouwen.
  • Tussen 2012 en 2022 daalde de vroegtijdige sterfte voor de meeste oorzaken, met uitzondering van een stijging voor longkanker en chronische obstructieve longziekte (COPD) bij vrouwen.
  • In 2022 was longkanker de belangrijkste specifieke oorzaak van vroegtijdige sterfte in alle drie de Gewesten, zowel bij mannen als bij vrouwen. Het overtrof daarmee COVID-19, dat in 2020 en 2021 de voornaamste oorzaak van vroegtijdige sterfte was, vooral in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en het Waalse Gewest.

2. Doodsoorzaken - België

Tumoren zijn de belangrijkste groep oorzaken van vroegtijdige sterfte

De belangrijkste groepen oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn tumoren (inclusief 95% van de kankers), hart- en vaatziekten en uitwendige oorzaken (met voornamelijk zelfdoding en verkeersongevallen).

In 2022 was het aandeel van tumoren onder alle vroegtijdige sterfgevallen groter bij vrouwen dan bij mannen. Ook respiratoire aandoeningen en psychische en neurologische ziekten kwamen vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Daarentegen was het aandeel van vroegtijdige sterfgevallen door haart- en vaatziekten en uitwendige oorzaken juist groter bij mannen.

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Verdeling van de oorzaken (volgens ICD-10-hoofdstuk) van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij mannen, gerangschikt naar leeftijd gestandaardiseerd sterftecijfer (*), België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Verdeling van de oorzaken (volgens ICD-10-hoofdstuk) van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij vrouwen, gerangschikt naar leeftijd gestandaardiseerd sterftecijfer (*), België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Verdeling van de oorzaken (volgens ICD-10-hoofdstuk) van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar), gerangschikt naar leeftijd gestandaardiseerd sterftecijfer (*), België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Longkanker is de belangrijkste specifieke oorzaak van vroegtijdige sterfte in België

Op basis van leeftijd gestandaardiseerde vroegtijdige sterftecijfers was longkanker in 2022 de belangrijkste oorzaak van vroegtijdige sterfte bij zowel mannen als vrouwen. Op de tweede plaats stond coronaire hartziekten bij mannen en borstkanker bij vrouwen.

Wanneer dit wordt uitgedrukt in het aantal verloren potentiële levensjaren (VPLJ), is de rangorde anders. VPLJ is een maat die rekening houdt met de leeftijd op het moment van overlijden, waarbij meer gewicht wordt toegekend aan sterfgevallen op jongere leeftijd. Bij mannen wordt zelfmoord dan de belangrijkste doodsoorzaak, gevolgd door longkanker en coronaire hartziekten. Bij vrouwen staat borstkanker op de eerste plaats, gevolgd door zelfmoord en longkanker. Daarnaast staan verkeersongevallen bij mannen op de vijfde plaats.

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij mannen, naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij vrouwen, naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar), naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij mannen, volgens leeftijd gestandaardiseerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar) bij vrouwen, volgens leeftijd gestandaardiseerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (een overlijden voor de leeftijd van 75 jaar), volgens leeftijd gestandaardiseerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, België, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Positieve trends bij de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte, maar enkele aandachtspunten blijven bestaan voor vrouwen

De meeste oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn in de loop van de tijd gedaald (of op zijn minst stabiel gebleven), maar er zijn enkele uitzonderingen. 

  • Vroegtijdige sterfte door coronaire hartziekten daalde met 28% bij mannen en 31% bij vrouwen in de periode 2012-2022;
  • Een vergelijkbare trend wordt waargenomen bij cerebrovasculaire aandoeningen, met een daling van 17% bij mannen en 29% bij vrouwen;
  • De vroegtijdige sterfte als gevolg van longkanker is eveneens aanzienlijk gedaald bij mannen (een reductie van 36% tussen 2012 en 2022);
  • Daarentegen is de vroegtijdige sterfte als gevolg van longkanker bij vrouwen tussen 2000 en 2015 dramatisch gestegen (stijging van 60%) en vervolgens gestabiliseerd. Van de vierde belangrijkste doodsoorzaak in 2000 is het nu de belangrijkste, net boven borstkanker;
  • De vroegtijdige sterfte als gevolg van COPD bij vrouwen is tussen 2012 en 2022 met 22% gestegen.
  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van de 6 belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75) bij mannen, België, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
Opmerking: In het verleden werden de zelfmoordcijfers in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest gedurende enkele jaren onderschat door de vertraging van de Brusselse administratie bij het bevestigen van zelfmoordzaken.

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van de 6 belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij vrouwen, België, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
Opmerking: In het verleden werden de zelfmoordcijfers in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest gedurende enkele jaren onderschat door de vertraging van de Brusselse administratie bij het bevestigen van zelfmoordzaken.

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van de 6 belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar), België, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie
Opmerking: In het verleden werden de zelfmoordcijfers in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest gedurende enkele jaren onderschat door de vertraging van de Brusselse administratie bij het bevestigen van zelfmoordzaken.

3. Doodsoorzaken - Gewesten

Longkanker, borstkanker en zelfmoord zijn de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte in de drie gewesten

In 2022, volgens leeftijd gestandaardiseerde vroegtijdige sterftecijfers:

  • Bij mannen zijn de meest voorkomende oorzaken van vroegtijdige sterfte: longkanker, dat in alle drie de gewesten op de eerste plaats staat, gevolgd door coronaire hartziekten, dat de tweede plaats inneemt.
  • Bij vrouwen zijn de meest voorkomende oorzaken van vroegtijdige sterfte: longkanker, dat in alle drie de gewesten op de eerste plaats staat; borstkanker, dat in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en het Vlaams Gewest op de tweede plaats staat en in het Waals Gewest op de derde plaats; en COPD, dat in het Waals Gewest op de tweede plaats staat en in de andere gewesten op de derde plaats.

In 2022, volgens het aantal verloren potentiële levensjaren (VPLJ) :

  • Bij mannen zijn de meest voorkomende oorzaken van vroegtijdige sterfte in alle drie de gewesten: zelfmoord, dat de eerste plaats inneemt; longkanker, dat de tweede plaats inneemt; en coronaire hartziekten, dat de derde plaats inneemt.
  • Bij vrouwen zijn de meest voorkomende oorzaken van vroegtijdige sterfte: borstkanker, dat op de eerste plaats komt in het Vlaamse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en op de derde plaats in het Waalse Gewest; zelfmoord dat op de tweede plaats komt in alle drie gewesten; en longkanker dat op de eerste plaats komt in het Waalse Gewest en op de derde plaats in de andere gewesten.

De sterftecijfers zijn over het algemeen hoger in het Waalse Gewest dan in de andere gewesten.

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij mannen, naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, volgens gewest van woonplaats, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij vrouwen, naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, volgens gewest van woonplaats, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar), naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer, volgens gewest van woonplaats, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



  • Men
  • Women
  • Totaal

Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij mannen, volgens leeftijd gestandaardiseerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, volgens gewest van woonplaats, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar) bij vrouwen, volgens leeftijd gestandaardiseerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, volgens gewest van woonplaats, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



Rangorde van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte (jonger dan 75 jaar), volgens leeftijd gestandaardiseerde (*) Verloren Potentiële Levensjaren, volgens gewest van woonplaats, 2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie



COVID-19 is één van de belangrijkste veroorzakers van regionale verschillen in vroegtijdige sterfte

Zoals de pagina "Vroegtijdige sterfte" laat zien, zijn er grote regionale verschillen in het vroegtijdige sterftecijfer (gecorrigeerd voor leeftijd). Hier analyseren we welke doodsoorzaken het meest bijdragen tot het regionale verschil in leeftijd gecorrigeerde sterftecijfers, door de oorzaakspecifieke sterftecijfers van het Vlaamse Gewest af te trekken van die van de andere regio's en de verschillen te ordenen.

Bij mannen zijn de doodsoorzaken die het meest bijdragen tot overmatige vroegtijdige sterfte in het Waalse Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest: COVID-19 (+24 per 100.000), coronaire hartziekten (+17), longkanker (+12), COPD (+8,9) en chronische leverziekten (+8,6).

Bij vrouwen zijn de doodsoorzaken die het meest bijdragen tot de overmatige vroegtijdige sterfte in het Waalse Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest: COVID-19 (+11 per 100.000), COPD (+8,8), coronaire hartziekten (+4,7), longkanker (+4,6) en cerebrovasculaire aandoeningen (+3,8). Aangezien de sterftecijfers bij vrouwen lager zijn dan bij mannen, zijn de regionale verschillen per oorzaak kleiner.

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Rangorde van verschillen in naar leeftijd gestandaardiseerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij mannen, Vlaamse Gewest in vergelijking met het Waalse Gewest, gemiddelde over 2020-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van verschillen in naar leeftijd gestandaardiseerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij vrouwen, Vlaamse Gewest in vergelijking met het Waalse Gewest, gemiddelde over 2020-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van verschillen in naar leeftijd gestandaardiseerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken, Vlaamse Gewest in vergelijking met het Waalse Gewest, gemiddelde over 2020-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Bij mannen zijn de doodsoorzaken die het meest bijdragen tot de overmatige vroegtijdige sterfte in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in vergelijking met het Vlaamse Gewest: COVID-19 (+37 per 100.000), coronaire hartziekten (+6,8), COPD (+5,3), colorectale kanker (+4,7) en cerebrovasculaire aandoeningen (+4,6). Het aantal zelfmoorden ligt echter lager in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest dan in het Vlaamse Gewest (-5,5).

Bij vrouwen zijn de sterftecijfers per doodsoorzaak in het Vlaamse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest over het algemeen relatief gelijkaardig. In 2022, net als in 2020 en 2021, werd echter een hogere vroegtijdige sterfte door COVID-19 vastgesteld in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest dan in het Vlaamse Gewest (+15 per 100.000).

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Rangorde van verschillen in naar leeftijd gestandaardiseerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij mannen, Vlaamse Gewest in vergelijking met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, gemiddelde over 2020-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van verschillen in naar leeftijd gestandaardiseerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken bij vrouwen, Vlaamse Gewest in vergelijking met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, gemiddelde over 2020-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Rangorde van verschillen in naar leeftijd gestandaardiseerde* sterftecijfers van specifieke doodsoorzaken, Vlaamse Gewest in vergelijking met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, gemiddelde over 2020-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Meeste oorzaken van vroegtijdige sterfte dalen bij mannen 

De trends in vroegtijdige sterfte per doodsoorzaak zijn vrij gelijkaardig in de drie gewesten. Hier belichten we vijf interessante trends voor specifieke doodsoorzaken. Informatie over sterfte door zelfdoding vindt u ook op de pagina over zelfmoordgedrag.

1. De vroegtijdige sterfte ten gevolge van longkanker daalde bij mannen in alle drie de gewesten over de periode 2012-2022 (-34% in het Waalse Gewest, -39% in het Vlaamse Gewest en -29% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest). Gedurende de hele periode bleef het vroegtijdige sterftecijfer van longkanker in het Waalse Gewest hoger dan in het Vlaamse Gewest.

Bij vrouwen stegen de percentages van vroegtijdige sterfte door longkanker in het Vlaamse Gewest en het Waalse Gewest tot respectievelijk 2015 en 2013, terwijl ze in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest sinds 2007 stabiel bleven. Vrouwen in Brussel hadden voorheen de hoogste percentages vroegtijdige sterfte door longkanker, maar sinds 2010 zijn die het hoogst in het Waalse Gewest. Hoewel in 2022 een stijging van de sterfte wordt waargenomen, is de algemene trend in de afgelopen jaren in Wallonië en Brussel dalend geweest. Tussen 2012 en 2022 daalde de vroegtijdige sterfte door longkanker met 17% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en met 5% in het Waalse Gewest, terwijl ze in het Vlaamse Gewest licht steeg (+3%).

  • Men
  • Women
  • Totaal

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van longkanker bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van longkanker bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van longkanker, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

2. De vroegtijdige sterfte ten gevolge van coronaire hartziekten daalde sneller bij vrouwen in het Vlaamse Gewest (-38%) en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (-52%) dan bij mannen (-27% in het Vlaamse Gewest en -30% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest). In het Waalse Gewest was de trend daarentegen omgekeerd: -14% bij vrouwen tegenover -27% bij mannen. Bij mannen vertraagde deze dalende trend in de afgelopen jaren. De cijfers voor mannen in het Waalse Gewest lagen structureel hoger dan die in het Vlaamse Gewest, en deze kloof werd groter door de snellere daling in het Vlaamse Gewest. 

  • Men
  • Women
  • Totaal

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van coroniare hartziekten bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van coronaire hartziekten bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van coronaire hartziekten, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

3. De vroegtijdige sterfte ten gevolge van borstkanker daalde in alle drie de gewesten over de periode 2012-2022 (-31% in het Vlaamse Gewest, -21% in het Waalse Gewest en -36% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest). De regionale verschillen voor borstkanker waren klein.

Het vroegtijdige sterftecijfer voor borstkanker was zeer laag bij mannen en wordt daarom hier niet weergegeven.

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van borstkanker bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

4. De vroegtijdige sterfte als gevolg van COPD daalde bij mannen in alle drie de gewesten tussen 2012 en 2022; de daling bedroeg 14% in het Waalse Gewest, 23% in het Vlaamse Gewest en 21% in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. In 2022 stegen de vroegtijdige sterftecijfers echter opnieuw, met het hoogste cijfer in het Waalse Gewest. Bij vrouwen daarentegen steeg het vroegtijdige sterftecijfer tussen 2012 en 2022 in het Waalse Gewest (+37%) en in het Vlaamse Gewest (+19%). In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest daalde het vroegtijdige sterftecijfer met 32%.

  • Men
  • Women
  • Totaal

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van COPD bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van COPD bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van COPD, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

5. De vroegtijdige sterfte als gevolg van colorectale kanker daalde sterk tussen 2012 en 2022. Deze daling was groter in het Vlaamse Gewest (-31% bij mannen, -38% bij vrouwen) dan in het Waalse Gewest (-14% bij mannen, -17% bij vrouwen) en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (-9% bij mannen, -35% bij vrouwen). In 2000 had het Vlaamse Gewest de hoogste vroegtijdige sterftecijfers ten gevolge van colorectale kanker, maar in 2022 waren die het laagst van alle gewesten.

  • Mannen
  • Vrouwen
  • Totaal

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van colorectale kanker bij mannen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd (*) vroegtijdig sterftecijfer van colorectale kanker bij vrouwen, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

Naar leeftijd gestandaardiseerd(*) vroegtijdig sterftecijfer van colorectale kanker, volgens gewest van woonplaats, 2000-2022
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel
(*) met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie

4. Meer informatie

Bekijk de metadata voor deze indicator

Statbel: Doodsoorzaken

Sciensano: Standardized Procedures for Mortality Analysis (SPMA)

WHO: ICD-10

Achtergrond

De doodsoorzaken zijn geclassificeerd volgens de Internationale Classificatie van Ziekten, 10de editie (ICD-10) [1]. In dit rapport wordt sterfte geanalyseerd op basis van de onderliggende doodsoorzaak, zoals aangegeven op de overlijdensakte. De onderliggende doodsoorzaak wordt in de regel verkozen boven de onmiddellijke en de bijdragende doodsoorzaken voor sterftestatistieken, omdat vanuit een volksgezondheidsperspectief het doel is om de keten van gebeurtenissen die tot de dood leiden te doorbreken en de onderliggende oorzaak te voorkomen [1].

In een eerste stap worden de oorzaken van vroegtijdige sterfte beschreven volgens de voornaamste ICD-10-hoofdstukken. Deze zijn gebaseerd op de eerste letter van de ICD-10 code. In een tweede stap worden de 10 belangrijkste specifieke oorzaken voor vroegtijdige sterfte gerangschikt volgens de sterftecijfers voor België en per gewest.

Vroegtijdige sterfte verwijst naar sterfte op elke leeftijd die lager ligt dan de levensverwachting. In dit rapport wordt de vroegtijdige sterfte vóór de leeftijd van 75 jaar beschouwd. De meeste oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn vermijdbaar door acties op het gebied van het gezondheidszorgsysteem en het gezondheidsbeleid. Het verminderen van vroegtijdige sterfte is een belangrijke doelstelling van de volksgezondheid. De rangschikking van de oorzaken van vroegtijdige sterfte is bijgevolg een zeer belangrijk instrument om prioriteiten voor het gezondheidsbeleid te kunnen vaststellen.

De vroegtijdige sterfte naar oorzaak kan worden gemeten met behulp van:

  • Vroegtijdige sterftecijfers, die de frequentie van sterfgevallen voor de leeftijd van 75 meten als gevolg van een specifieke aandoening, per 100.000 mensen jonger dan 75. Deze indicator maakt het mogelijk om de frequentie van verschillende doodsoorzaken te vergelijken.
  • Verloren Potentiële Levensjaren (VPLJ), waarbij rekening wordt gehouden met zowel de frequentie als de leeftijd van overlijden, en die bij weging van de sterfte in functie van de leeftijd een groter gewicht kent aan sterfte op jongere leeftijd. VPLJ maken het bijgevolg mogelijk om doodsoorzaken te vergelijken naar gelang hun belasting in termen van verloren levensjaren [2].

Het belang van de oorzaken van vroegtijdige sterfte kan worden uitgedrukt in sterftecijfers, die alleen de frequentie van de oorzaak weergeven, of in VPLJ, die de last in termen van verloren levensjaren weergeven. Bij de rangschikking op basis van VPLJ worden uitwendige oorzaken hoger gerangschikt dan bij de rangschikking op basis van sterftecijfers, omdat externe oorzaken gewoonlijk op jongere leeftijd optreden dan sterfgevallen ten gevolge van chronische aandoeningen.

Beide indicatoren zijn gecorrigeerd voor leeftijd, met de Europese standaardpopulatie 2010 als referentie, om rekening te houden met het effect van variaties in de leeftijdsstructuur tussen bevolkingsgroepen.

De COVID-19 mortaliteit tussen 2020 en 2022 op basis van de ad-hoc surveillance wordt geanalyseerd in een factsheet.  

Definities

Bruto sterftecijfer
Het bruto sterftecijfer geeft het aantal geregistreerde sterfgevallen in een land weer gedeeld door de overeenkomstige populatiegrootte.
Leeftijd gestandaardiseerd sterftecijfer
Het leeftijd gestandaardiseerd sterftecijfer geeft het volgens leeftijd gewogen gemiddelde sterftecijfer weer en kan zo de verschillen die te wijten zijn aan de leeftijdsstructuur van de bevolking opvangen.
International Classification of Disease, 10th edition (ICD-10)
De Internationale Classificatie van Ziekten is een internationaal coderingssysteem voor ziekten en voor een zeer grote verscheidenheid aan tekenen, symptomen, letsels, vergiftigingen, sociale omstandigheden en externe oorzaken van letsel of ziekte.
Verloren potentiële levensjaren (VPLJ)
Verloren potentiële levensjaren (VPLJ) meten het aantal verloren levensjaren als gevolg van vroegtijdig overlijden. VPLJ geven een hoger gewicht aan sterfgevallen bij jongere dan bij oudere mensen. De berekening van VPLJ bestaat uit het optellen van sterfgevallen op elke leeftijd en het vermenigvuldigen ervan met het aantal resterende jaren tot een bepaalde leeftijd (hier 75 jaar). Leeftijdsspecifieke VPLJ (per 100.000) worden berekend door het aantal VPLJ in een bepaalde leeftijdsgroep te delen door het aantal personen in die leeftijdsgroep. De leeftijd gecorrigeerde VPLJ (per 100.000) worden vervolgens berekend als het gewogen gemiddelde van de leeftijdsspecifieke VPLJ tot de leeftijd van 75 jaar.
Vroegtijdig sterftecijfer
Het vroegtijdige sterftecijfer wordt hier gedefinieerd als sterfgevallen vóór de leeftijd van 75 jaar. Het leeftijd gestandaardiseerd vroegtijdige sterftecijfer wordt berekend als het gewogen gemiddelde van leeftijdsspecifieke sterftecijfers voor de leeftijd van 75 jaar.
Onderliggende doodsoorzaak
De ziekte of verwonding die de keten van ziektegebeurtenissen heeft veroorzaakt die rechtstreeks tot de dood heeft geleid, of de omstandigheden van het ongeval of geweld dat de dodelijke verwonding heeft veroorzaakt.
Tumoren
Ook gekend als nieuwvormingen. De groep van nieuwvormingen bestaat voor 95% uit kwaadaardige nieuwvormingen of kankers; de rest zijn tumoren van goedaardige of onbepaalde aard.
Uitwendige oorzaken
Uitwendige (of externe) oorzaken verwijzen naar sterfgevallen als gevolg van onopzettelijke verwondingen (ongelukken), moord, zelfdoding, en andere externe factoren zoals medische fouten, complicaties van medische of chirurgische zorg, of oorzaken met onbepaalde intentie.

Referenties

  1. World Health Organization. International statistical classification of diseases and related health problems 10th. 2016.
  2. Gardner JW, Sanborn JS. Years of Potential Life Lost (YPLL). What Does it Measure? Epidemiol 1990;1:322-9.

Gelieve deze pagina als volgt te citeren: Sciensano. Sterfte en Doodsoorzaken: Vroegtijdige sterfte naar doodsoorzaak, Health Status Report, 09 Sep 2025, Brussel, België, https://www.gezondbelgie.be/nl/gezondheidstoestand/sterfte-en-doodsoorzaken/vroegtijdige-sterfte-naar-doodsoorzaak