1. Kernboodschappen
-
Suïcidaal gedrag (gedachten, pogingen en daadwerkelijke zelfmoorden) vormen een belangrijk probleem voor de volksgezondheid en de samenleving in België.
-
In 2018 had 4,3% van de bevolking de afgelopen 12 maanden zelfmoord overwogen, en 0,2% had een zelfmoordpoging ondergenomen. Vrouwen, mensen van middelbare leeftijd en de laagst opgeleide groep lopen meer risico.
-
In februari 2023 meldde één op de zes jongeren (18-29 jaar) de afgelopen 12 maanden aan zelfmoord te hebben gedacht.
-
Terwijl meer vrouwen een zelfmoordpoging ondernamen, lopen mannen meer risico om te overlijden door zelfmoord: zo werden er in 2020 1.260 zelfmoorden geregistreerd bij mannen ten opzichte van 475 bij vrouwen.
- Er is geen toename van het aantal zelfmoorden in 2020.
-
Zelfmoord is de belangrijkste doodsoorzaak onder jongeren. In de leeftijdsgroep van 15-24 jaar is meer dan één op de vier sterfgevallen het gevolg van zelfmoord.
2. Zelfmoordgedrag tijdens de COVID-19 crisis
Zelfmoordgedachten en -pogingen hoog tijdens de COVID-19 crisis
10% van de mensen in februari 2023 gaf aan in de afgelopen 12 maanden ernstig aan zelfmoord te hebben gedacht. Onder jonge vrouwen (18-29 jaar) loopt dit percentage op tot 18%.
0,4% van de mensen in februari 2023 gaf aan in de afgelopen 12 maanden een zelfmoordpoging te hebben ondernomen. Onder jongeren (18-29 jaar) loopt dit percentage op tot 2,0%.
- Mannen
- Vrouwen
Percentage mannen van 18 jaar en ouder dat zelfmoordgedachten heeft gehad in de afgelopen 12 maanden, volgens leeftijdsgroep, België, 2021-2023
Bron: COVID-19-gezondheidsenquêtes, BELHEALTH-studie, Sciensano [1,2]
Percentage vrouwen van 18 jaar en ouder dat zelfmoordgedachten heeft gehad in de afgelopen 12 maanden, volgens leeftijdsgroep, België, 2021-2023
Bron: COVID-19-gezondheidsenquêtes, BELHEALTH-studie, Sciensano [1,2]
3. Zelfmoordgedachten
Vrouwen van middelbare leeftijd rapporteren vaker suïcidale gedachten
In 2018 had in België 14% van de bevolking met een leeftijd van 15 jaar en ouder minstens één keer in hun leven zelfmoord plegen ernstig overwogen; binnen deze groep had één op de drie (of 4,3% van de totale bevolking) de afgelopen 12 maanden nagedacht over zelfmoord. Meer vrouwen (16%) dan mannen (12%) rapporteerden zelfmoordgedachten in hun leven, terwijl er geen geslachtsverschillen waren in zelfmoordgedachten het afgelopen jaar (4,4% bij vrouwen versus 4,2% bij mannen). Mensen van 65 jaar en ouder rapporteerden minder vaak zelfmoordgedachten in hun leven of in het afgelopen jaar dan mensen jonger dan 64 jaar. Vrouwen in de leeftijdsgroep van 45-54 jaar hadden een bijzonder hoge prevalentie.
Bron: Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
Er worden geen duidelijke trends in suïcidale gedachten waargenomen
Het percentage mensen dat in de afgelopen 12 maanden (en ook ooit tijdens hun leven) zelfmoord heeft overwogen, lag in 2018 lager dan in 2013, maar het aandeel is nog steeds hoger dan de waarden die in 2008 zijn waargenomen (deze verschillen zijn evenwel niet significant).
Suïcidale gedachten komen vaker voor in het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest
Zelfmoordgedachten ooit in het leven kwamen vaker voor in het Waalse Gewest (16%) dan in het Vlaamse Gewest (13%); zelfmoordgedachten in het afgelopen jaar kwamen vaker voor in het Waalse Gewest (5,9%) en in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (5,1%) dan in het Vlaamse Gewest (3,3%). De prevalentie van zelfmoordgedachten nam in the Vlaamse Gewest af tussen 2013 en 2018, terwijl het in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en in het Waalse Gewest relatief stabiel bleef.
- Mannen
- Vrouwen
Prevalentie van zelfmoordgedachten gedurende de afgelopen 12 maanden bij mannen van 15 jaar en ouder volgens gewest, België, 2018
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
Prevalentie van zelfmoordgedachten gedurende de afgelopen 12 maanden bij vrouwen van 15 jaar en ouder volgens gewest, België, 2018
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
Zelfmoordgedachten komen vaker voor in de laagst opgeleide groep
Zelfmoordgedachten (ooit in het leven en in het afgelopen jaar) zijn gekoppeld aan het opleidingsniveau. Mensen uit de laagst opgeleide groep hadden 1,5 keer meer kans op zelfmoordgedachten ooit in hun leven, en 2,5 meer kans op zelfmoordgedachten in het afgelopen jaar, in vergelijking met mensen uit de hoogst opgeleide groep.
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
4. Zelfmoordpogingen
Meer vrouwen ondernemen een zelfmoordpoging
In 2018 meldde 4,3% van de bevolking van 15 jaar en ouder in België een zelfmoordpoging te hebben ondernomen tijdens hun leven; 0,2% meldde een zelfmoordpoging te hebben ondernomen in het afgelopen jaar. Meer vrouwen (5,4%) dan mannen (3,1%) ondernamen tijdens hun leven en in het afgelopen een zelfmoorpoging (0,3% bij vrouwen en 0,2% bij mannen). De prevalentie van zelfmoordpogingen ooit in het leven was hoger bij mensen tussen 35 en 54 jaar. Jongere mensen (15-24 jaar) en 45-54 jaar rapporteerden vaker een zelfmoordpoging in het afgelopen jaar.
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
Trends in zelfmoordpogingen zijn stabiel
De trends in de prevalentie van levenslange zelfmoordpogingen zijn relatief stabiel in België en zijn gewesten. Zelfmoordpogingen nemen tussen 2013 en 2018 af bij mannen en vrouwen in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, maar dit verschil was niet significant.
Suïcidepogingen komen vaker voor in het Waalse Gewest
Mensen uit het Waalse Gewest ondernamen vaker een zelfmoordpoging (6%) in vergelijken met mensen uit het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (4,2%) en het Vlaamse Gewest (3,3%).
- Mannen
- Vrouwen
Prevalentie van zelfmoordpogingen ooit in het leven bij mannen van 15 jaar en ouder volgens gewest, België, 2004-2018
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
Prevalentie van zelfmoordpogingen ooit in het leven bij vrouwen van 15 jaar en ouder volgens gewest, België, 2004-2018
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
Suïcidale pogingen komen vaker voor in de laagst opgeleide groep
Het aantal ondernomen zelfmoordpogingen (ooit in het leven en in het afgelopen jaar) verschilt naargelang het opleidingsniveau. Mensen uit de hoogst opgeleide groep ondernamen minder vaak een zelfmoordpoging dan mensen uit de lager opgeleide groepen.
Bron: Eigen berekeningen op basis van de Gezondheidsenquête, Sciensano [3]
5. Overlijdens door zelfdoding
Zelfmoord is stabiel gebleven met 1.735 sterfgevallen in 2020
In 2020 werden in België 1.735 zelfdodingen geregistreerd (1.728 in 2019). Er waren meer zelfdodingen bij mannen (1.260) dan bij vrouwen (475). Het hoogste aantal zelfdodingen deed zich voor in de leeftijdsgroepen van 45-64 jaar. Deze cijfers zijn waarschijnlijk een onderschatting vanwege de beperkingen opgelijst in de achtergrondsectie.
Het sterftecijfer door zelfdoding is hoger bij mannen
Het voor leeftijd gecorrigeerde zelfmoordsterftecijfer bedroeg 15,2 (per 100.000) in 2020 in België. Het is 2,8 keer hoger voor mannen (23) dan voor vrouwen (8,1). Zelfmoordsterftecijfers per leeftijdsgroep worden samengevoegd over een periode van 3 jaar om sprongen door kleine aantallen te voorkomen. De zelfmoordsterftecijfers zijn hoger voor mannen dan voor vrouwen op welke leeftijd dan ook. De zelfmoordcijfers zijn het hoogst bij mannen boven de 85 jaar en bij vrouwen tussen de 45 en 64 jaar.
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel [4]
Zelfmoord vertegenwoordigt een groot aandeel van alle sterfgevallen onder jongeren
Het aandeel sterfgevallen ten gevolge van zelfmoord naar leeftijdsgroep vertegenwoordigt het relatieve belang van zelfmoord in alle sterfgevallen binnen elke leeftijdsgroep. Hierbij wordt het aandeel van zelfmoord per leeftijdsverdeling op een andere manier berekent omdat de noemer alle sterfgevallen in een bepaalde leeftijdsgroep weergeeft. Dit aantal wordt veel groter naarmate de leeftijdscategorie hoger is, terwijl de noemer van de percentages (aantal mensen in een bepaalde leeftijdsgroep) kleiner wordt op oudere leeftijd.
Een aanzienlijk deel van de sterfgevallen op jongere leeftijd zijn het gevolg van zelfdoding. Zelfmoordsterfte vertegenwoordigen bijna 28% van alle sterfgevallen onder mannen met een leeftijd tussen 15 en 24 jaar en 25% van all sterfgevallen onder mannen met een leeftijd tussen 25 en 44 jaar. Bij vrouwen, vertegenwoordigt zelfmoordsterfte 25% van alle sterfgevallen bij vrouwen tussen 15 en 24 jaar en 14% bij vrouwen tussen 25 en 44 jaar.
Door de toename van het aantal sterfgevallen als gevolg van andere oorzaken voor sterfte op hogere leeftijden, neemt het aandeel sterfgevallen door zelfmoord af met de leeftijd.
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel [4]
Trends in sterfgevallen door zelfdoding worden genuanceerd wanneer ze worden bekenen samen met sterfte door onbepaalde intentie
Tussen 2010 en 2020 is zelfdoding gedaald bij mannen en, in mindere mate, ook bij vrouwen. Het samenvoegen van de zelfmoorden met de gebeurtenissen van onbepaalde intentie laat echter een stagnatie tot geen afname zien onder beide geslachten.
Noot: in het verleden werden de zelfmoordcijfers in Brussel enkele jaren onderschat door vertragingen bij de overdracht van dossiers door het parket
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel [4]
Sterfgevallen door zelfdoding nemen af in het Waalse Gewest
Tussen 2010 en 2020 is de zelfmoordsterfte onder mannen met 15% gedaald in het Vlaamse Gewest en met 26% in het Waalse Gewest. Onder vrouwen ligt het sterftecijfer door zelfdoding in alle gewesten gedurende de hele periode op een veel lager niveau dan onder mannen en vertoont de trend een vergelijkbare daling.
Bij het samenvoegen van zelfmoord met gebeurtenissen van onbepaalde intentie, zijn deze dalingen meer genuanceerd of zelfs afwezig in het Vlaamse Gewest.
Tussen 2019 en 2020 zijn de leeftijdsgestandaardiseerd sterftecijfers gedaald in het Waalse Gewest, maar gestegen in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest en het Vlaamse Gewest.
- Mannen
- Vrouwen
Leeftijdgestandaardiseerd sterftecijfer door zelfmoord alleen en zelfmoord samen met gebeurtenissen van onbepaalde intentie bij mannen volgens gewest, 2000-2020
Noot: in het verleden werden de zelfmoordcijfers in Brussel enkele jaren onderschat door vertragingen bij de overdracht van dossiers door het parket
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel [4]
Leeftijdgestandaardiseerd sterftecijfer door zelfmoord alleen en zelfmoord samen met gebeurtenissen van onbepaalde intentie bij vrouwen volgens gewest, 2000-2020
Noot: in het verleden werden de zelfmoordcijfers in Brussel enkele jaren onderschat door vertragingen bij de overdracht van dossiers door het parket
Bron: Eigen berekeningen op basis van het databestand sterftecertificaten van Statbel [4]
Het hoge zelfdodingcijfer in België moet met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd
België heeft de hoogste zelfmoordcijfers van de EU-14-landen, zowel bij mannen als bij vrouwen. In vergelijking met het EU-14-gemiddelde, liggen de zelfmoordsterftecijfers in België 1,5 keer hoger bij mannen en 1,6 keer hoger bij vrouwen. Internationale vergelijking van sterftecijfers door zelfdoding moet echter met de nodige omzichtigheid worden geïnterpreteerd, aangezien verschillen in sociaal-culturele context en gegevenskwaliteit de vergelijkbaarheid tussen landen belemmeren. Deze waarschuwing mag echter niet dienen om de problematisch hoge zelfmoordcijfers van België te minimaliseren.
- Mannen
- Vrouwen
Leeftijdgestandaardiseerd sterftecijfer door zelfdoding bij mannen volgens land, EU-14, 2020
Bron: Eurostat [5]
Leeftijdgestandaardiseerd sterftecijfer door zelfdoding bij vrouwen volgens land, EU-14, 2020
Bron: Eurostat [5]
6. Meer informatie
Bekijk de metadata voor deze indicator
Statbel — Doodsoorzaken
SPMA: Standardized Procedures for Mortality Analysis
HISIA: Health Interview Survey Interactive Analysis
Indien u vragen hebt over zelfdoding of nood hebt aan een gesprek, aarzel dan niet om contact op te nemen:
- met Tele-onthaal via het gratis telefoonnummer 106 of via de website www.tele-onthaal.be.
- met de zelfmoordhulplijn via het gratis telefoonnummer 1813 of de website zelfmoord1813.be
Achtergrond
Zelfmoord en zelfmoordpogingen zijn belangrijke maatschappelijke en volksgezondheidskwesties. Ze hebben een rimpeleffect op families, vrienden, collega's, gemeenschappen en de samenleving in het algemeen. Zelfmoord vindt plaats gedurende de hele levensduur en was wereldwijd de tweede belangrijkste doodsoorzaak onder de 15-29-jarigen in 2016. Zelfmoord is te voorkomen en de preventie ervan heeft door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) prioriteit gekregen als een wereldwijd doelwit. Zelfmoordpreventie is ook opgenomen als indicator in de VN-doelstellingen voor duurzame ontwikkeling (SDG's) [6]. Om op effectieve wijze zelfmoordpreventiestrategieën te ontwikkelen, is een efficiënte monitoring van zelfmoord en identificatie van specifieke risicogroepen nodig.
Zelfmoordgedachten hebben nooit slechts één oorzaak, maar ontstaan door een wisselwerking van risico- en beschermende factoren. Deze risicofactoren zijn altijd een combinatie van biologische, psychologische, sociale en psychiatrische risicofactoren. Zelfmoordgedachten evolueren ook niet lineair, maar met ups en downs. Aan een zelfmoord gaat altijd een heel proces vooraf [7]. De grootste risicofactor voor zelfmoord is een eerdere poging tot zelfmoord [8]. De huidige COVID-19-crisis heeft belangrijke gevolgen voor de geestelijke gezondheid van de bevolking en heeft een negatieve invloed op enkele van de risicofactoren die verband houden met zelfmoord.
Om dit complexe fenomeen te begrijpen, gebruiken we verschillende indicatoren:
- Zelfmoordgedachten, die een belangrijke risicofactor zijn voor toekomstige zelfmoordpoging en belangrijk voor preventie.
- Zelfmoordpogingen, die een belangrijke risicofactor zijn voor fatale zelfmoord en een belangrijk moment om de persoon te helpen [9,14].
- Zelfdodingen: we rapporteren het aantal sterfgevallen, het sterftecijfer en het aandeel van de totale sterfgevallen als gevolg van zelfmoord op een bepaalde leeftijd. Aangezien zelfdodingen vaak slecht worden geclassificeerd, worden deze cijfers waarschijnlijk onderschat [10-13]. Misclassificaties kunnen optreden wanneer de exacte doodsoorzaak onbekend is (zelfmoord kan dus worden geclassificeerd als 'onbekende oorzaak'); wanneer de bedoeling niet duidelijk is (zelfmoord kan dus worden geclassificeerd als 'dood door onbepaalde bedoeling'); of wanneer de bedoeling verkeerd wordt beoordeeld (zelfmoord kan dus worden geclassificeerd als 'ongevallen' of 'moorden'). Het kan ook zijn dat de arts het noemen van zelfmoord vermijdt om het gezin te beschermen tegen verschillende problemen (verzekering, administratie, religie, ...). Bovendien kunnen administratieve procedures tot verkeerde classificaties leiden. In Brussel bijvoorbeeld, slaagde het parket er in het verleden niet altijd in om alle gewelddadige sterfgevallen (zelfmoorden, moorden) te beoordelen, wat leidde tot een onderrapportage van zelfmoorden die vervolgens werden geclassificeerd als gewelddadige sterfgevallen door onbepaalde intentie [9]. Bovendien verschillen de redenen voor een verkeerde classificatie sterk van land tot land, wat de interpretatie van internationale vergelijkingen beperkt. Om deze problemen bij de interpretatie van trends gedeeltelijk te verminderen, presenteren we, naast de zelfmoordsterfte, ook sterftecijfers die zelfmoorden (codes X60-X84; Y87.0) en gebeurtenissen met een onbepaalde intentie (codes Y10-Y34; Y87.2) groeperen.
Eerst geven we een overzicht van zelfmoordgedachten en -pogingen tijdens de COVID-19-crisis op basis van de gegevens die zijn verzameld via de online COVID-19-gezondheidsenquêtes. Vervolgens gaan we dieper in op de zelfmoordgedachten en -pogingen op basis van de eerdere gezondheidsenquêtes. Ten slotte kijken we naar de patronen en trends in overlijdens door zelfdoding.
Definities
- EU-14
- De EU-14 komt overeen met alle landen die tussen 1995 en 2004 tot de Europese Unie behoorden: België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, en Zweden. We vergelijken de Belgische gezondheidsstatus met die van de EU-14 omdat deze landen vergelijkbare sociaal-economische omstandigheden hebben. Opmerking: het Verenigd Koninkrijk is sinds 2020 niet mee opgenomen in de internationale vergelijking.
- Voor leeftijd gestandaardiseerde prevalentie
- De meeste indicatoren zijn sterk geassocieerd met leeftijd. Aangezien de Belgische bevolking met de tijd vergrijst en er verschillen worden waargenomen binnen de gewesten en binnen opleidingsgroepen, worden de prevalenties gestandaardiseerd voor leeftijd met een standaardpopulatie om vergelijkbaarheid mogelijk te maken.
Referenties
- Zesde COVID-19-Gezondheidsenquête: Eerste resultaten. Depotnummer D/2021/14.440/29. Brussel: Sciensano; 2021. doi: 10.25608/r4f5-1365
- Belgische gezondheidsen welzijnscohorte (BELHEALTH), Mei 2023. Brussel: Sciensano; 2023. https://www.sciensano.be/sites/default/files/bulletin_2_belhealth_nl.pdf
- Gezondheidsenquête, Sciensano, 1997-2018. https://www.sciensano.be/nl/projecten/gezondheidsenquete-0
- Doodsoorzaken, Statbel. https://statbel.fgov.be/nl/themas/bevolking/sterfte-en-levensverwachting/doodsoorzaken
- Eurostat. https://ec.europa.eu/eurostat/databrowser/view/TPS00122/default/table?lang=en
- WHO. Suicide in the world. https://www.who.int/publications-detail/suicide-in-the-world
- 1813 zelfmoord. Oorzaken en suïcidaal proces. https://www.zelfmoord1813.be/feiten-en-cijfers/oorzaken-en-su%C3%AFcidaal-proces
- WHO. Suicide. https://www.who.int/westernpacific/health-topics/suicide
- Centre de prévention du suicide. LE SUICIDE UN PROBLEME MAJEUR DE SANTE PUBLIQUE Introduction à la problématique du suicide en Belgique Chiffres de 2014. Bruxelles, Belgique: Centre de prévention du suicide; 2017 Sep.
- De Spiegelaere M, Wauters I, Haelterman E. Le suicide en Région de Bruxelles-Capitale: Situation 1998-2000. Brussels: Observatoire de la santé et du social de Bruxelles- Capitale; 2003.
- Ohberg A, Lonnqvist J. Suicides hidden among undetermined deaths. Acta Psychiatr Scand. 1998.
- Jougla E, Pequignot F, Chappert J, Rossollin F, Le TA, Pavillon G. [Quality of suicide mortality data]. RevEpidemiolSante Publique. 2002.
- Moens GFG. The reliability of reported suicide mortality statistics: An experience from Belgium. Int J Epidemiol. 1985.
- Gisle L, Drieskens S, Demarest S, Van der Heyden J. Gezondheidsenquête 2018: Geestelijke gezondheid. Brussel: Sciensano; 2020 Jan. Report No.: D/2020/14.440/3. https://www.sciensano.be/fr/biblio/gezondheidsenquete-2018-geestelijke-gezondheid
Gelieve deze pagina als volgt te citeren: Sciensano. Geestelijke Gezondheid: Zelfmoordgedrag, Health Status Report, 30 Aug 2023, Brussel, België, https://www.gezondbelgie.be/nl/gezondheidstoestand/geestelijke-gezondheid/zelfmoordgedrag